In de onderbouw krijgen de kinderen veel cirkelbewegingen uit de natuur te zien; van ei tot kip, van zaadje tot bloem… Het kind wordt in zeer korte tijd van een totaal afhankelijk, tot een lopend, sprekend en zelfbewust persoon. In deze periode maakt het kind een snelle psychische groei door. Daarom heeft DaVinci ervoor gekozen om in de onderbouw als uitgangspunt het jaar en de seizoenen te nemen.
In de onderbouw (de groepen 1 en 2) gaan we uit van de directe belevingswereld van het kind. “We zetten het raam open en halen de omgeving binnen.” Daarom kiest DaVinci in de onderbouw als uitgangspunt het jaar en de seizoenen. Elk seizoen komt tweemaal terug:
Groep 1: Zomer I, Herfst I, Winter I, Lente I.
Groep 2: Zomer II, Herfst II, Winter II, Lente II.
Deze thema’s zijn de kapstok van waaruit we werken. Bij elk thema wordt ook minstens één dier, één plant en een beroep behandeld. Ook zitten er verschillende natuurkundige experimenten bij, zoals het maken van 2 exact dezelfde stukjes strand, met evenveel zand, schelpen en water.
Verder leren we de kinderen als voorbereiding op de midden- en bovenbouw de begrippen tijd en tijdsbesef met de bijbehorende tijdlijn van het jaar en seizoenscirkel. De wereldbol is opengeklapt en tot een wereldkleed gemaakt waarop twister gespeeld kan worden, zodat de kinderen ook plaatsbesef krijgen.
DaVinci levert bij de onderbouw de volgende ondersteunende materialen:
